Als zelfstandig communicatieadviseur heb ik ruim 20 jaar gewerkt in opdracht van overheden en andere organisaties wier verandervraagstukken met onzekerheid en dynamiek zijn omgeven. Hoe weet je wat er speelt, waar een situatie heen beweegt, en wat er toe doet? Hoe kun je betrokkenen bij een vraagstuk werkelijk betrekken en samen effectief en duurzaam veranderen?
Voor het beantwoorden van zulke vragen put ik graag uit literatuur en toneel. Verhalen zijn immers spiegels van onze werkelijkheid. Ze geven inzicht in menselijke interacties en patronen. Zo kunnen ze dienen als reflectie- en interventie-instrument.
Na mijn interdisciplinaire PhD in Shakespeare & sustainability specialiseerde ik me in kwalitatief onderzoek en de toepassing van narratieve leer- en reflectiemethoden voor veranderopgaven van overheden en andere organisaties. Samen met collega Mike Duijn ontwikkelde ik de methode Shakespeare applied for sustainable decision-making. Ik ben senior onderzoeker bij GovernEUR en managing director/ raadgevend onderzoeker bij Learning Stage, Erasmus Universiteit Rotterdam.
Spelenderwijs
Op de kleuterschool kon ik ademloos luisteren naar de juf, als ze een verhaal vertelde. Ik had een rijke fantasie en in mijn verbeeldingsspel werden haar verhalen werkelijkheid. Het oude zeilschip in de haven was het huis van Noach en de dieren. De losse tegel op het schoolplein was de poort naar het ondergrondse kabouterrijk. Toen ik leerde lezen ontdekte ik dat er nog veel meer werelden bestaan dan de wereld waarin ik elke dag van huis naar school liep, en weer terug.
Tijdens mijn studie Engelse letterkunde maakte ik kennis met toneel. We lazen en analyseerden toneelstukken en discussieerden erover. Dan verdeelden we de taken en brachten we het stuk ten uitvoer in het universiteitstheater. Wat daar gebeurde tussen spelers en toeschouwers vond ik magisch. Alsof de woorden van de toneelschrijver, de muziek van de componist, de keuzes van de dramaturg, regisseur en ontwerpers samensmolten tot een andere werkelijkheid. Een werkelijkheid die iedereen – spelers, publiek, productieteam – aan het eind van de avond mee naar huis nam. En die soms (het perspectief op) het leven veranderde.
Toen ik jaren later Hamlet hoorde zeggen dat het doel van spelen is ‘to hold the mirror up to nature, to show virtue her feature, scorn her own image, and the very age and body of the time’ drong het pas tot me door: kunst, en vooral theater, dient als spiegel. In die spiegel zien we onszelf in het krachtenveld van de samenleving waarin we ons bevinden. De theatrale spiegel kunnen we gebruiken als kompas: wat werkt wel, wat werkt niet? Waartoe leiden de keuzes die ik maak? Ben ik me bewust van andere perspectieven, die het mijne verbreden?
Zulke vragen kun je stellen als individu, als team, als organisatie of als samenleving. Het zijn vragen die het bewustzijn van de eigen rol in het grotere geheel vergroten. Ze fungeren ook als reflectie-instrument om een gesprek te voeren over veranderingen die nodig zijn: privé, professioneel of maatschappelijk. In zo’n reflectiegesprek zoek je samen naar wat voor jou en de ander van waarde is, wat je gezamenlijke verhaal is, en hoe je dat verhaal in de praktijk brengt. Ik houd ervan om zulke gesprekken te voeren, en voel me bevoorrecht als ik ze mag begeleiden. Omdat ze vaak leiden tot een wezenlijke ontmoeting, die duurzame verandering mogelijk maakt.
‘All the world’s a stage,’ schreef Shakespeare elders, ‘And all the men and women merely players; They have their exits and their entrances; And one man in his time plays many parts.’ Uiteindelijk zijn we allemaal spelers. Spelers van verhalen: ons eigen verhaal, het verhaal van ons team, van onze organisatie, van onze samenleving. Als we regelmatig reflecteren op onze eigen rol en die van anderen in een groter krachtenveld, kunnen we leren. Al spelenderwijs.